Wat een mooi stukje ondernemersgeschiedenis over mijn familie kwam er deze week op mijn pad! Dit artikel beschrijft hoe mijn overgrootvader en -moeder hun wasserij begonnen, in 1900 in Apeldoorn.
Ze speelden in op een behoefte en maakten er hun beroep van. Langzaamaan groeide hun bedrijf, alle kinderen werkten erin mee en er kwamen vestigingen (toen nog ‘depots’ genoemd) door het hele land.
Van Apeldoorn naar Geleen
Mijn opa Gerrit kocht een wasserij in Geleen, en zo kwam het gezin van mijn vader in Limburg terecht. Later nam hij het bedrijf over, en groeide ik op met een vader die ‘baas van een fabriek’ was. Zo spraken wij er toen als kind thuis over. Pas toen ik ouder werd, besefte ik dat hij directeur was en dus een eigen onderneming had.
Geen directeur van een wasserij maar ondernemerscoach
Nu ik lees hoe mijn overgrootvader en opa het bedrijf opzetten en lieten groeien, realiseer ik me dat ik uit een ondernemersfamilie kom. En dat het dus best een logische keuze was dat ik twaalf jaar geleden ook voor mezelf begon. Niet als directeur van de wasserij van mijn vader, maar als ondernemerscoach. Al denk ik achteraf dat het runnen van het familiebedrijf ook goed bij me had gepast. Ik ben een echte generalist, heb een brede interesse en zie snel waar een proces beter kan.
De mogelijkheid om het bedrijf over te nemen kwam echter al rond mijn studietijd. En ik wilde eerst een aantal jaren ervaring opdoen in andere branches. Bovendien had ik in Rotterdam gestudeerd en voelde ik er weinig voor om me definitief in Geleen te vestigen. De randstad beviel me wel.
Van die beslissing heb ik nooit spijt gehad. Ook hebben mijn ouders me nooit gepusht om het familiebedrijf over te nemen. Ik koos mijn eigen pad, en uiteindelijk bleek het ondernemerschap toch heel goed bij me te passen. Al zou dat dat Volkswagenbusje van destijds nu wel een heel gave bedrijfswagen geweest zijn!